Nina is dol op paardrijden, maar haar rijlessen gaan niet zo goed als ze zou willen. Als ze per toeval een magische cowboyhoed en rijlaarzen vindt, komt daar verandering in. Opeens is ze de beste van de klas! Maar wat als ze haar eerste wedstrijd moet rijden en de hoed en laarzen ineens nergens te vinden zijn?
Het verhaal
Met een zucht deed Nina de voordeur achter zich dicht en zette ze haar cap en rijlaarzen in de kast. Haar moeder keek haar verwachtingsvol aan.
“Hoe ging de paardrijles?” vroeg ze.
“Het ging wel”, mompelde Nina.
“Mooi zo, je wordt steeds beter. Voor je het weet heb je het onder de knie, let maar op”, zei haar moeder en ze gaf Nina een kus op haar hoofd. “Ga je even douchen? Dan kunnen we zo eten.”
Nina liep meteen naar boven en niet veel later zat ze fris en fruitig aan tafel. Diep in gedachten schoof ze haar eten heen en weer op haar bord.
“Het ging toch best goed vandaag?” zei haar vader bemoedigend.
“Dat is waar”, zei Nina. Ze was inderdaad wel iets beter in paardrijden dan toen ze een jaar geleden begon. Maar ze liep nog steeds mijlenver achter op de andere kinderen in de les. En dat terwijl ze allemaal tegelijkertijd waren begonnen.
Nina snapte er niks van. Ze deed zo haar best. Maar elke keer als de instructrice iets uitlegde, klonk het zo moeilijk. Dat kan ik helemaal niet, dacht ze dan. En als de les dan begon, deed iedereen het meteen super goed. Nina werd daarentegen altijd zenuwachtig, waardoor ze haar paard de verkeerde kant op stuurde of juist de goede kant op, maar dan in galop in plaats van draf. Zo was er altijd wel iets wat fout ging. De instructrice legde het dan allemaal nog een keer rustig uit, maar daar werd Nina alleen nog maar nerveuzer van.
Ze had er weleens over nagedacht om te stoppen, maar ze vond paardrijden veel te leuk. En daarbij kwam nog dat haar moeder en oma ook allebei heel goed konden paardrijden en dat wilde zij ook! Er zat niks anders op dan gewoon maar door blijven gaan en hopen dat ze al die oefeningen op een dag wel goed zou kunnen uitvoeren.
“Nina?” Ze keek op en zag haar vader en moeder allebei naar haar kijken.
“Huh?” zei ze verward.
“Waar zit jij met je gedachten?” lachte haar vader. “Ik vroeg of je zo even een doos met kabels van de zolder wil halen voor mij. Ik ben de nieuwe tv aan het installeren, maar ik heb een andere kabel nodig.”
“Ja, is goed, pap. Doe ik”, zei Nina snel.
Na het eten liep ze naar de zolder om de doos te zoeken. Ze wist dat hij ergens in de hoek stond, maar ze wist niet precies welke doos het was. Haar vader vergat altijd om op de doos te schrijven wat er in zat, dus zat er niks anders op dan gewoon de ene na de andere open te trekken, totdat ze vond wat ze zocht.
Een hele hoop zooi kwam voorbij, van fotoboeken en oude papieren tot babyspeelgoed en vergeten kerstdecoratie. Ze had bijna alle dozen al gehad, tot ze eindelijk eentje opendeed waar allemaal kabels in zaten. Terwijl ze hem naar zich toe trok, zag ze helemaal in het hoekje van de zolder nog een doos staan. Deze zag er een stuk ouder uit dan alle andere. Wat zou daar in zitten?
Nieuwsgierig kroop ze in het hoekje en trok hem naar zich toe. De doos was helemaal vergeeld en voelde stoffig aan. Hij voelde heel stevig aan en had zelfs een deksel. Voorzichtig tilde Nina het deksel van de doos af en keek erin. Verbaasd haalde ze er een leren cowboyhoed en een paar rijlaarzen uit. Die had ze nog nooit eerder gezien. Waren ze van haar moeder? Maar waarom lagen ze dan in een hoekje op zolder? Haar moeder ging zelf nog wel eens paardrijden, maar dan had ze altijd haar gewone rijlaarzen aan.
Nieuwsgierig nam Nina de hoed en de laarzen samen met de doos vol kabels mee naar de woonkamer. Ze zette de doos voor haar vader op de bank. Hij zat naast de nieuwe tv op de grond, omringd door een chaos van verschillende kabels, gereedschap en handleidingen. Nina giechelde. Haar vader was er altijd van overtuigd dat hij alles zo had geregeld en vervolgens zat hij urenlang te knutselen zonder resultaat. Nina en haar moeder lieten hem altijd maar gewoon zijn gang gaan, want ze wisten dat het hem uiteindelijk wel zou lukken. Dan stond zijn haar recht omhoog en zag hij eruit alsof hij een week niet had geslapen, maar straalde hij van trots.
“Pap?” vroeg Nina.
“Hmm?” Hij zat met zijn hoofd in de tv-kast iets aan elkaar vast te maken en zijn stem echode in de holle kast.
“Weet jij van wie deze zijn?” Ze hield de hoed en laarzen omhoog. Haar vader trok zijn hoofd uit de kast en keek over zijn brilletje heen naar de spullen.
“Nee, nooit gezien. Waar heb je die vandaan?”
“Van de zolder. Ze zaten in een hele oude doos die helemaal in de hoek stond.”
“Ik heb geen idee, maar ze zijn wel mooi. Waarom gebruik je ze niet voor je volgende paardrijles? Misschien helpt het wel.” Hij knipoogde bemoedigend naar haar, voordat hij zijn hoofd weer in de tv-kast stak.
Nina nam de hoed en de laarzen mee en liep de trap op naar haar slaapkamer. Ze ging ervan uit dat ze van haar moeder waren. Zij was in de sportschool, maar als ze terug was, zou Nina haar vragen of ze de laarzen mocht gebruiken. De hoed was erg leuk, maar in de les mochten ze alleen een cap dragen. Ze bekeek de hoed en de laarzen nog eens goed. Ze waren echt mooi. Er was geen twijfel mogelijk dat ze van echt leer waren gemaakt. Ook waren er mooie krullen in gegraveerd, waardoor ze heel duur leken. Misschien waren ze dat ook wel. De hoed en de laarzen zagen er oud uit, maar alleen als je van heel dichtbij keek. Het leer was namelijk zo goed onderhouden dat het wel nieuw leek.
Nina trok haar schoenen uit en deed de laarzen aan. Er stond geen maat op, maar tot haar verbazing pasten ze perfect. Ze ging voor de spiegel staan en bekeek de laarzen van een afstandje. Dat zag er best goed uit. Ze pakte de cowboyhoed en zette die ook op.
“Handen omhoog!” zei ze tegen haar spiegelbeeld, terwijl ze een pistool maakte van haar duim en wijsvinger. Ze lachte om zichzelf.
Maar toen gebeurde er iets geks. Nina voelde een kietelend gevoel rond haar hals en in haar haar. Ze voelde aan haar hoofd, maar kon niets geks ontdekken. Totdat ze haar spiegelbeeld zag…
Met grote ogen staarde ze naar zichzelf. Uit het niets verscheen er een rood zakdoekje om haar hals dat zichzelf in een perfecte knoop legde. Haar lange, donkere haar begon zichzelf te vlechten, totdat ze twee perfecte vlechten over haar schouders had hangen. Twee rode lintjes knoopten zichzelf rond de uiteinden.
Met open mond staarde Nina in de spiegel. Langzaam draaide ze een rondje en voelde toen aan haar haar en haar hals. Ze had het zich niet ingebeeld, het was echt. En ze zag eruit als een echte cowgirl! Wat zou er gebeuren als ze de hoed weer af zette en de laarzen uit deed? Ze probeerde het en meteen waren de vlechten en het zakdoekje weer verdwenen.
“Magische paardrijspullen…” fluisterde Nina tegen haar spiegelbeeld. Snel deed ze de laarzen weer aan en zette de hoed op. Ze voelde zich meteen anders. Zelfverzekerder. Alsof ze de beste ruiter van de wereld was.
Opeens kwam er een gedachte in haar op. Wat als deze spullen ervoor zorgden dat ze heel goed kon paardrijden? Ze waren tenslotte magisch, dus dat zou best kunnen. Des te langer ze erover nadacht, des te meer ze ervan overtuigd raakte dat de spullen haar gingen helpen in de volgende les.
Ze hoorde haar moeder thuiskomen, maar ze besloot om het niet aan haar moeder te laten zien. Misschien wilde ze wel niet dat Nina de hoed en laarzen zou dragen. Maar ze moest ze echt een keer proberen! Wat zou haar moeder trots zijn als ze de beste van de klas was. Dan vond ze het vast niet erg dat ze de spullen had geleend. Snel verstopte ze de laarzen en de hoed onder haar bed.
———————————–
Een paar dagen later had Nina haar volgende paardrijles. Haar vader bracht haar altijd en dat kwam goed uit. Dan zou haar moeder de spullen in ieder geval niet zien.
Eenmaal op de manege duurde het even om de instructrice ervan te overtuigen dat ze de cowboyhoed mocht dragen in plaats van haar cap, maar met hulp van haar vader lukte het uiteindelijk toch. Hij zag wel hoe graag ze het wilde.
De laarzen had ze al aan, dus ze zette de hoed snel op. Ze zorgde er wel voor dat haar vader niet zag wat er gebeurde toen ze dat deed. Het zakdoekje verscheen om haar hals en haar haar draaide zichzelf vliegensvlug in twee lange vlechten. Twee rode strikjes bonden de uiteinden af. Nina voelde zich geweldig. Ze wist gewoon dat deze les heel goed zou gaan.
“Zet hem op, Nien!” zei haar vader toen ze zich weer naar hem omdraaide. Hij had niet eens door dat er iets veranderd was.
De les begon en tot ieders verbazing, behalve die van Nina, deed ze elke oefening perfect. Ze maakte geen enkel foutje. Als de instructrice iets uitlegde, dacht Nina alleen maar: dat kan ik wel! Ze voelde zich fantastisch. Als een echte amazone zat ze op haar paard en ze had het gevoel dat ze de hele wereld wel aan zou kunnen in haar eentje. De les was dan ook voorbij voordat ze het wist.
Toen haar vader haar meehielp om haar paard weer op stal te zetten, sloeg hij zijn arm om haar schouders heen.
“Wauw, Nien. Je was echt fantastisch vandaag! Waar kwam dat opeens vandaan?”
“Geen idee”, zei ze onschuldig, maar ze straalde van oor tot oor. Hij wees naar de hoed die ze nog steeds droeg. Ze had hem nog niet af willen doen.
“Ik denk dat je vaker die hoed moet dragen. Je ziet eruit als een echte cowgirl.”
Pas toen ze bijna thuis waren, zette Nina de hoed af, deed ze de laarzen uit en stopte ze ze beide snel in haar paardrijtas. Haar vader zag wat ze deed en trok zijn wenkbrauw omhoog.
“Dat is een verrassing voor mama. Voor later”, zei ze vaag. Haar vader haalde zijn schouders op en parkeerde de auto op de oprit.
“Wat jij wil, lieverd”, zei hij. “Vertel mama nu eerst maar snel hoe goed de les ging.” Nina sprong uit de auto, rende het huis in en vertelde haar moeder alles over de paardrijles. Uiteraard liet ze het gedeelte van de laarzen en de hoed weg.
“Wat geweldig! Ik wist wel dat je het in je had. Het zit namelijk in je bloed.” Ze knipoogde trots.
———————————–
De weken daarna gingen de paardrijlessen minstens zo goed als die eerste keer. En dat kwam goed uit, want er was binnenkort een paardrijwedstrijd op de manege waar Nina heel graag aan mee wilde doen. Uiteraard droeg ze altijd de laarzen en de hoed. Ze zorgde ervoor dat haar moeder ze nooit zag. Ze wist zelf niet zo goed waarom. Misschien omdat ze bang was dat het erfstukken waren en haar moeder niet wilde dat ze kapot gingen. Maar wat moest ze zonder de laarzen en de hoed? Dan zou ze misschien wel nooit goed kunnen paardrijden. En dus verstopte ze ze elke keer goed onder haar bed.
De dag van de wedstrijd kwam dichterbij. Nina werd steeds nerveuzer, maar ze stelde zichzelf elke keer gerust. Ze had de hoed en de laarzen, dus het kon niet fout gaan.
Maar op de ochtend van de wedstrijd greep ze in het niets toen ze de spullen onder haar bed vandaan wilde halen. Hoe kon dat nou? Ze keek nog eens, maar de spullen lagen niet meer onder haar bed. In blinde paniek haalde ze haar hele kamer ondersteboven, maar ze vond de laarzen en de hoed nergens. Ze rende naar buiten naar haar vader, die net klaar was met de auto wassen.
“Pap, heb jij mijn rijlaarzen en hoed gezien?” vroeg ze buiten adem. Ze probeerde de paniek in haar stem zoveel mogelijk te onderdrukken, maar het kwam er toch een beetje trillerig uit.
“Liggen ze niet in je kamer? Want anders zou ik het echt niet weten. Misschien moet je je moeder even vragen, die weet altijd alles te vinden.”
“Dat is waar”, mompelde Nina. Ze was absoluut niet van plan om haar moeder te vragen. Maar nu zat ze wel met een probleem. Het was bijna tijd om naar de manege te gaan en zonder haar spullen zou de wedstrijd een fiasco worden. Wat zouden ze wel niet van haar denken op de manege? Wat zou haar vader zeggen? Zou hij teleurgesteld zijn? Ze kreeg al buikpijn bij de gedachte. Verslagen schuifelde ze weer terug naar haar vader.
“Pap, ik voel me niet zo lekker. Ik denk dat ik niet naar de wedstrijd kan.”
Hij keek verrast op. “Hmm, je ziet inderdaad een beetje bleek.”
Het was even stil. “Weet je zeker dat je het niet wil proberen? Het gaat net zo goed. Misschien win je zelfs wel.”
Nina staarde naar de grond. “Ik weet het zeker. Ik voel me echt niet lekker.”
“Oké, dan gaan we toch niet?” Hij gaf haar een kus op haar wang. “Ga maar gauw naar binnen, voordat je nog zieker wordt. Ik kom er zo aan.”
Nina wou rechtstreeks naar haar kamer gaan, zodat ze nog een keer naar de spullen kon zoeken, maar halverwege de woonkamer stond haar moeder ineens voor haar neus.
“Moet jij niet naar de manege?” vroeg ze. “Straks kom je nog te laat voor de wedstrijd.”
“Ik voel me niet zo lekker. Buikpijn. Ik denk niet dat ik kan paardrijden.”
“Ah”, zei haar moeder, terwijl ze Nina’s gezicht bestudeerde. “Dat is erg vervelend.” Nina knikte en wilde langs haar heen lopen, maar haar moeder hield haar tegen.
“Wacht even.” Ze liep naar de bank en pakte iets wat ernaast stond.
“Heeft die buikpijn heel toevallig iets te maken met dit?” vroeg ze en ze hield de rijlaarzen en de cowboyhoed omhoog.
Nina wist even niet wat ze moest zeggen, maar de betrapte blik op haar gezicht zei genoeg.
Haar moeder zuchtte. “Dat dacht ik al.”
“Waar heb je ze gevonden?” vroeg Nina.
“Onder je bed. Het ging opeens zo goed met de paardrijlessen. En na een paar weken bedacht ik me opeens dat die doos nog in de hoek op zolder stond. Ik ging kijken en de doos was inderdaad weg. Het was niet moeilijk te raden waar ik ze kon vinden.”
“Mag ik ze terug?”
Haar moeder klopte naast haar op de bank. “Kom even zitten.”
Nina deed wat haar moeder van haar vroeg, maar toen barstte ze los. “Ik heb ze nodig om te paardrijden. Ik weet dat het stom klinkt, maar ze zijn magisch! Ze maken me een echte cowgirl. Zonder de laarzen en de hoed kan ik er helemaal niks van.” Tot haar verbazing knikte haar moeder begrijpend en pakte ze haar hand.
“Ik weet dat dat zo voelt, Nina, maar dat is niet wat de laarzen en de hoed doen.”
“Jawel! Je begrijpt het niet. Ik weet dat je er niet in gelooft, maar ze zijn magisch, echt waar.”
“Dat weet ik.”
Nina keek haar stomverbaasd aan. “Je weet het?”
Haar moeder knikte. “Er zit ongetwijfeld nog wat magie in die oude spullen. Vlechten en een zakdoekje als ik het me goed herinner?” Nina wist even niet wat ze moest zeggen, dus knikte ze maar.
“De laarzen en de hoed worden van generatie op generatie doorgegeven aan de vrouwen in onze familie”, ging haar moeder verder. “Ik heb ze van mijn moeder gekregen en die heeft ze weer van haar moeder gekregen. Ooit zullen ze van jou zijn. Maar ik wou ze pas aan je geven als je ouder bent.”
“Waarom?”
Haar moeder zuchtte. “Magie is leuk, maar het kan je ook tegenhouden om je talenten te ontdekken.” Nina snapte er helemaal niks van.
“De laarzen en hoed zijn van jouw over- over- overgrootmoeder Annabeth geweest”, ging haar moeder verder. “Zij woonde in Amerika en was een echte cowgirl. Zo eentje die op een ranch woont en de hele dag op een paard zit om vee bij elkaar te drijven en van plek naar plek te brengen. Ze stond bekend als de beste cowgirl in de wijde omgeving. Ik heb ergens nog wel een foto van haar.” Ze stond op en rommelde in een la die altijd vol lag met papieren. Even later hield ze een vergeelde foto omhoog.
“Kijk, dit is haar. Dit is Annabeth.” Ze gaf Nina de foto en ging weer naast haar zitten. Op de foto zag Nina een vrouw met lang, donker haar dat in twee vlechten over haar schouders hing. Ze had een donkere blouse aan met een lange rok en een geknoopt zakdoekje om haar hals. Aan haar voeten zag Nina dezelfde laarzen die ze de afgelopen weken ook had gedragen. Zelfs de cowboyhoed stond op de foto. Die droeg Annabeth in haar hand. Ze zag er heel stoer uit.
“Wauw”, zei Nina bewonderend. Ze stamde af van een echte cowgirl!
“Mijn oma vertelde vaak over haar, want Annabeth was dan weer haar oma. Alle vrouwen in onze familie konden erg goed paardrijden en voelden zich vanaf het begin al thuis als ze op een paard zaten. De spullen van Annabeth werden doorgegeven van dochter op dochter en het talent voor paardrijden ook.”
“Ik snap het”, knikte Nina. “De spullen zijn magisch en daarom kunnen wij zo goed paardrijden.” Maar tot haar verbazing schudde haar moeder haar hoofd.
“Nee, Nina. Er zit vast nog wel een beetje magie in de laarzen en de hoed. Dat zorgt ervoor dat je er uitziet als een cowgirl, maar het talent voor paardrijden heeft daar niks mee te maken. Dat zit niet in Annabeths spullen, maar in haar bloed. Ik heb dat van haar geërfd. En jij dus ook.”
“Maar ik was de slechtste van de klas! Pas toen ik de laarzen aandeed en de hoed opzette, was ik de beste.”
Haar moeder knikte. “Ze gaven je het zelfvertrouwen om te doen waar je al die tijd al goed in was.”
“Maar ik kon er eerst helemaal niks van en alles ging verkeerd! Bij jou en oma gaat het zo makkelijk en ik wilde het zo graag goed doen, maar ik dacht dat ik dat helemaal niet kon.”
“Jouw oma en ik hebben ook veel moeten oefenen toen we zo oud waren als jij. Talent is leuk, maar dat betekent niet dat je alles zomaar kan. Je moet in jezelf geloven en steeds blijven oefenen. Dan pas kun je echt goed worden, net als Annabeth.”
“Dus, je bedoelt… dat ik helemaal uit mezelf de beste van de klas ben geworden?” zei Nina aarzelend.
“Ja!” lachte haar moeder trots. “Met een beetje hulp van Annabeths goede genen die je geërfd hebt natuurlijk, maar in ieder geval niet door haar magische cowgirlhoed.”
Nina was er even stil van.
“Je krijgt de laarzen en de hoed later van me, net zoals ik ze van oma heb gekregen, maar eerst berg ik ze nog een tijdje op,” zei haar moeder.
“Oké…” zei Nina nog een beetje verward. Had ze het echt allemaal zelf gedaan? En zou ze het echt zonder de hoed en de laarzen kunnen? “Mag ik dan wel de foto van Annabeth hebben?”
“Natuurlijk.”
Nina keek naar de foto en probeerde zich voor te stellen hoe het was geweest in die tijd. Ze nam zich voor om net zo goed te worden in paardrijden als Annabeth.
“Nina?”
Afwezig keek ze op. “Ja, mam?”
“Moet jij niet naar de manege? Straks kom je te laat.”
Dat is waar, ze had een wedstrijd! Nina sprong op. Ze was haar smoes over de buikpijn allang vergeten. Ze pakte haar gewone rijlaarzen en cap uit de kast en sprintte naar buiten. Verbaasd keek haar vader haar aan.
“Is er brand?” grapte hij.
“We moeten naar de manege, anders kom ik te laat!” Ze rende naar de auto en ging erin zitten.
“Ik dacht dat je ziek was?”
“Ik ben weer beter. Laten we gaan!” Met een klap gooide ze de autodeur dicht. Haar vader schudde verbaasd zijn hoofd, maar pakte snel de autosleutels en reed meteen naar de manege.
Gelukkig waren ze net op tijd en mocht Nina gewoon meedoen. Ze had zich sinds het gesprekje met haar moeder zo zelfverzekerd gevoeld, maar nu ze daadwerkelijk op haar paard zat, op het punt om aan haar oefeningen te beginnen, begon ze toch weer te twijfelen. Wat als haar moeder het fout had? Wat als het toch Annabeths spullen waren die ervoor hadden gezorgd dat ze kon paardrijden?
Plots voelde ze iets in haar been prikken. Ze voelde met haar hand en vond de foto van Annabeth. Die was ze in haar haast vergeten uit haar zak te halen. Bewonderd keek ze naar haar over- over- overgrootmoeder. Eigenlijk leek ze wel een beetje op haar. Ze had hetzelfde haar en dezelfde donkere ogen.
“Je kan het, Nina!” leek ze te willen zeggen. Met een glimlach stak Nina de foto weer in haar zak. Ze kon deze wedstrijd best winnen. Ze stamde ten slotte af van een echte cowgirl!
Haar zelfverzekerdheid was terug en met een glimlach begon ze aan haar oefeningen. Ze maakte geen enkel foutje en voerde alles perfect uit. Uit haar ooghoek zag ze haar vader uitzinnig juichen op de tribune.
“Dat is mijn dochter!” riep hij tegen iedereen die het horen wilde. Het was een beetje gênant, maar Nina was te blij dat de wedstrijd zo goed was gegaan om zich daar zorgen over te maken. Ze had het helemaal zelf gedaan. Ze kon echt goed paardrijden!
Twee uur later zaten ze samen in de auto naar huis. Nina met haar eerste plaats trofee veilig op haar schoot en haar vader met een gezicht dat straalde van trots. Eenmaal thuis vertelde Nina haar moeder natuurlijk alles in geuren en kleuren en deed haar vader er telkens nog een schepje bovenop. Haar moeder hoorde het hele verhaal aan en was minstens zo trots als haar vader. De trofee kreeg uiteraard een mooi plekje in de vitrinekast.
———————————–
Die avond ging Nina doodmoe naar haar slaapkamer. Het was een lange, maar geweldige dag geweest. Maar voordat ze op bed ging, dook ze eerst onder haar bureau. Ze wist dat daar nog ergens een leeg fotolijstje in een doos lag.
Zodra ze hem gevonden had, haalde ze de foto van Annabeth uit haar broekzak en deed hem in het lijstje. Tevreden plofte Nina op haar bed neer en keek ze naar de foto van haar over- over- overgrootmoeder. “Als ik later groot ben, wil ik ook een cowgirl worden. Net als jij”, fluisterde ze terwijl haar ogen bijna vanzelf dichtvielen van vermoeidheid.
“Bedankt Annabeth”, was het laatste wat Nina zei voordat ze met de foto in haar armen tevreden in een diepe slaap viel.
Iets anders lezen? Bekijk alle avonturenverhalen of verhalen vanaf 10 jaar.
Leave a Comment